Anika: Stom, stommer, stomst

Vandaag ga ik jullie iets vertellen waarvan ik me eigenlijk had voorgenomen het nooit tegen iemand te zeggen. Omdat ik niet wil dat anderen onze Benjamin stom vinden, omdat ik mezelf er zo stom onder voel. Of omdat ik stiekem bang ben dat een ander het stom vindt dat ik er zo moeilijk over doe. Maar ik merk dat het hele voorval me vaak bezig houdt, dus ik neem de gok maar om er vandaag over te schrijven.

Moeilijke periode

Het was eind november, één van die dagen in een verschrikkelijk moeilijke periode van onze Benjamin, en dus een zware tijd voor iedereen. Net verhuisd, de Sint in het land, gestopt met medicatie en een en al onrust en boosheid. Echt contact maakten we eigenlijk al weken niet met hem en het ene conflict werd gedicht met het andere. We liepen niet op onze tenen, onze voeten raakten de grond niet eens.

Ik was na het eten naar de garage gevlucht, ik ging iets in de beits zetten, of willekeurig hameren, als het maar buiten de huiskamer was waar het schreeuwen en geruzie maar doorging. En daar was ineens onze Benjamin. Op blote voeten, maar wel in alle rust. Hij kwam op een emmer bij me zitten en begon een gesprek: “Mama, ik ken ons telefoonnummer uit mijn hoofd en dat van opa en oma ook.” En inderdaad, daar kwamen ze, allebei uit het hoofd en helemaal goed. Ik denk dat ik wel vijf seconden stil viel en hem aanstaarde. “Uh ja, dat klopt”, stamelde ik. “En wat gezellig dat je naar me toe komt om me dat te vertellen.”
“Ik weet alleen ons landnummer niet”, zei hij vervolgens. Waarop ik zeg hoe knap het is dat hij weet dat er überhaupt landnummers zijn en ik vraag hem of hij ook weet waarvoor zo’n landnummer is. Hij antwoordt dat je dat soms nodig hebt en ik vertel hem het landnummer van Nederland en Duitsland en we googelen naar het landnummer van Amerika, want dat ken ik niet.

Knuffel

Ik krijg een knuffel en de blote voeten vertrekken weer. Mij achterlatend met een lach van oor tot oor. En net terwijl ik me bedenk hoe weinig mijn hart blij wordt wanneer het om Benjamin gaat, is hij daar weer. “Uh mama, waarom heb ik eigenlijk geen e-mailadres? Jij hebt wel e-mail toch?” Ik lach en vertel hem dat hij blij moet zijn dat hij geen e-mail heeft, houdt hij een hoop tijd over voor leuke dingen! Hij kijkt me aan en vraagt naar mijn e-mailadres. Dan zie ik de pen en het post-itje in zijn hand. “Ga je het opschrijven? Dan kun je me e-mailen! Vind ik wel leuk, tussen al die werkmails door een berichtje van jou.”
En samen schrijven we het hele lange e-mailadres op het veel te kleine papiertje. Daar gaan de voeten weer en ik vraag me af waar en wanneer hij toegang heeft tot e-mail. Misschien heeft hij oma gevraagd hem eens te helpen en komt er morgen een e-mailtje van zijn hand. Dat zou toch ontzettend tof zijn.

Kletsen

Man komt binnen en ik geef hem een knuffel. Ik vertel hem vol verbazing dat Benjamin twee keer is komen kletsen en dat hij zo veel vragen had. En dat het zo bijzonder voelt en dat me dat eigenlijk heel droevig maakt. Maar dat ik hard mijn best doe om niet zo te denken. Niet vergelijken met of denken aan hoe het ook kan zijn in een gezin, maar waarderen wat je hebt!
Benjamin komt voor een derde keer binnen en papa zegt hem dat het zo fijn is dat hij gekletst heeft met me. Dat mama dat echt even nodig had. En na een familieknuf verdwijnt hij weer.

Waterval van woorden

En terwijl ik met een lichter hart weer aan de slag ga, is daar na zo’n 10 minuten een hele droevige zoon die met hangende schouders de garage binnen stapt…. Er komt een waterval van woorden, waar ik in eerste instantie niets van begrijp, maar uiteindelijk hoor ik hem zeggen dat hij een PlayStation-account heeft aangemaakt. Daar had hij een telefoonnummer met landnummer voor nodig en een e-mailadres. Ook andere gegevens, zoals een adres en een naam, maar die wist hij uit zijn hoofd. Daarom was hij naar me toe gekomen om dat te vragen, terwijl ik dacht dat hij wilde kletsen. En daar was hij verdrietig van. Héél erg verdrietig. In zijn gesnik vraagt hij nog wel of ik wil helpen met het account, want het lukt maar niet. Terwijl hij zeker weet dat hij alles heeft ingevuld.

Klein en bedrogen

Ik pak hem bij zijn schouders en loop met hem naar binnen. Ik sluit de PlayStation af en leg hem kort en bondig uit dat we deze avond geen account maken. Ik zet hem op de bank en vertel dat ik thee ga zetten. En terwijl ik wacht tot het water kookt, overvalt me het verdriet, de boosheid en de schaamte. Ik, die zó blij was met het contact, die oprecht genoot van het gesprek dat voor de verandering eens niet over eten, gamen of Pokémon ging. Die dat ook nog eens hardop uitsprak tegen man en daarin de hoop koesterde dat het misschien nog wel eens beter zou kunnen gaan. Wat voelde ik me klein en bedrogen en wat baalde ik vooral van mezelf dat ik het niet wat nuchterder kon zien. Ik wéét dat Benjamin functioneel is in zijn contact, en ik wéét dat hij het zo niet bedoelt, maar jongens toch, wat had ik het graag anders gezien. Egoïstisch van mij? Jazeker. Maar misschien ook wel menselijk….

We drinken onze thee onder een dekentje op de bank en Benjamin laat me zijn 10 mooiste Pokémon-kaarten zien. Ik aai hem eens over zijn bol en snuf aan zijn haar en bedenk me dat het een overwinning is dat hij eerlijk was over zijn plannen. En daar doe ik het dan maar weer mee.

Over Anika (1979):
Anika Verschuur woont in Brabant met man en 2 kinderen. En met Tourette, want Tourette is zo sterk aanwezig in hun gezin dat het inmiddels bij de familie hoort. Daarom besloot Anika er maar eens over te gaan schrijven. Iets wat zo veelvuldig in je leven aanwezig is kun je beter maar omarmen. En met 2 kinderen met Tourette, een man met OCD en ADHD en zelf Tourette valt er genoeg te vertellen over huize Verschuur. Op het hobbylijstje staan naast het schrijven van blogs ook nog het schrijven van gedichten, creatief bezig zijn en lezen. Alhoewel de meeste hobby’s het toch vaak verliezen van ‘Netflixen’, dus dat is misschien wel haar lievelingsbezigheid. Als rasechte pessimist en kundig piekeraar houdt ze je graag op de hoogte van haar roerige leven.